Ons Middelbaar Onderwijs
Professioneel statuut
De Wet Beroep Leraar en Lerarenregister (Wet BLL) schrijft voor dat het bevoegd gezag van de school in overleg met de medewerkers komt tot een professioneel statuut. Hierin worden afspraken gemaakt over het respecteren van de professionele ruimte van medewerkers. Deze professionele ruimte moet wel passen binnen het onderwijskundig beleid van de school.
 
De wettelijke bepalingen laten veel ruimte aan de scholen bij het opstellen van een professioneel statuut. Er bestaan geen richtlijnen met betrekking tot de inhoud van dit document. De wet schrijft enkel voor dat er een professioneel statuut dient te zijn, maar niet hoe dit statuut er uit moet zien. Iedere school is anders en de wensen en behoeften verschillen per school. Dit leidt ertoe dat de inhoud van het professioneel statuut per school verschillend zal zijn.
           
Professionele ruimte
In het professioneel statuut worden afspraken opgenomen over de wijze waarop de professionele ruimte van medewerkers wordt verankerd binnen de schoolorganisatie. Professionele ruimte richt zich hier op het vakinhoudelijke, vakdidactische en pedagogische proces in de school. Op die manier wordt in het professioneel statuut de zeggenschap en autonomie van medewerkers formeel vastgelegd.
 
Deze zeggenschap over vakinhoud, didactiek, pedagogiek en het beoordelen van prestaties van leerlingen houdt in dat je samen met je collega’s én schoolleiding bepaalt:

A. Wat de inhoud van de lesstof is,
B. Op welke manier de lesstof wordt aangeboden aan de leerlingen en welke middelen daarbij gebruikt worden,
C. Welke pedagogisch-didactische aanpak er op school gebruikt wordt en op welke manier deze aanpak toegepast wordt (zoals bij leerlingenbegeleiding en oudercontacten),
D. Hoe jij en je collega’s, als onderdeel van het docententeam, jullie bekwaamheid onderhouden, waarbij jullie rekening houden met de onderdelen A, B en C.

Professionele dialoog

Het professioneel statuut komt op schoolniveau tot stand door een professionele dialoog tussen de schoolleiding en medewerkers. Binnen de school wordt bepaald op welke wijze de dialoog wordt vormgegeven. De inhoud van de dialoog, en daarmee ook het statuut, ontstaat gedurende het proces in de school. Een belangrijk uitgangspunt hierbij is dat er binnen de schoolorganisatie draagvlak moet bestaan voor het professioneel statuut.
 
Op veel scholen is al sprake van een professionele cultuur waarin schoolleiders en docenten een professionele dialoog met elkaar voeren. Schoolleiding en docenten moeten met elkaar voorkomen dat het statuut een ‘papieren tijger’ wordt. Het statuut wijzigt dus niet per se op iedere school iets aan de bestaande verantwoordelijkheden en verhoudingen. We zien het als een goede kans om samen de zogeheten professionele dialoog in de school te bestendigen of te verrijken en verdiepen.